Effefietsen

Effefietsen

zondag 12 maart 2017

De laatste dagen

We hebben een paar relaxte dagen achter de rug. Onze casa in San Diego del Baños was prima. We kregen gezelschap van een paar Italianen uit Zuid-Tirol en dat was gemütlich. Omdat we het warm water in onze douche niet aan de praat kregen meldden we dit bij het bejaarde echtpaar, eigenaars van de casa. Hoofdschuddend liepen ze samen met ons mee naar de badkamer. We hadden het hier geldende protocol niet goed toegepast. Er was een electrische schakelaar die we pas moesten aanzetten als het het water van de douche al loopt. De electrische bedrading lag bloot in directe verbinding met de douchekop, waarin het verwarmingselement zit. Heel gewoon in Cuba, over veiligheid gesproken...
We bezoeken het Parque La Güira, een voormalig landgoed van een grootgrondbezitter, door Castro genationaliseerd. En inderdaad, een park waar veel Cubanen een fijne zondag doorbrengen met slenteren door de vele tuinen, broodjes met varkensvlees smullen en bier drinken.

Op maandag fietsen we naar Soroa. Vooral de laatste kilometers zijn zo steil dat we niet op de fiets kunnen blijven. Onze casa is weer aangenaam. Een mooie tuin, de orchideeëntuin en een wandeling in het Sierra del Rosario binnen loopafstand.
De volgende dag zijn de 17 km naar Las Terrazas pittig vanwege de vele klimmen. De kunstmatig aangelegde terrassen en de eenvormige architectuur van de witte huisjes, waarom het dorp zo geroemd wordt in de toeristengidsen, zijn aardig. Onze casa is erg eenvoudig. Mooie slaapkamer, gedeelde badkamer, geen warm water, een terras, waarvoor we de schommelstoelen uit de woonkamer moeten halen, want tuinstoelen hebben ze niet, maar heel aardige mensen. We maken hier een excursie door het tropisch woud waar we vergast worden op talloze vogels. De kolibrietjes, spechten en dwerguiltjes zijn me bij gebleven. Maar tijdens onze laatste nacht in Terrazas werden zowel Frans als ik beroerd. Maagpijn, buikpijn, buikloop en overgeven. We verdenken de beroemde koffie met ijs in Café Maria van ons onwelzijn. Ontbijt hoeven we niet. Onze gastvrouw pakt broodjes met tortilla (omelet), plakken ananas en koekjes voor ons in en met slappe benen vertrekken we naar San Antonio de los Baños. In een lelijk dorp, zoals overal hier electriciteitsleidingen bovengronds, stoffige straten en verveloze huizen, treffen we een aardige '24-uurs-casa', waar ze ook toeristen ontvangen. Na een klein hapje van de avondmaaltijd te hebben genomen ben ik om 19.30 uur naar bed gegaan en wakker geworden om 07.30 uur. Weer fit beginnen we aan de laatste kilometers naar Havana. We hebben zwaar wind tegen. De tocht is mooi. Leuke rustige heuvelige groene weg. Levendige dorpen. De voorstad van Havana is een confrontatie met de prioriteiten van het communistisch systeem en de armoede van een land vrees ik. We fietsen door straten die voorheen prachtig moeten zijn geweest. Koloniale huizen, soms zelfs paleisjes, maar allemaal verveloos, ruïnes.
Frans loodst me met zijn navigator-app naar onze nu vertrouwde casa in de historische stad. We worden hartelijk verwelkomd, alsof we thuiskomen. Nog een paar dagen Havana.

Havana lijkt een andere stad dan 6 weken geleden. Er is meer toerisme, er zijn meer terrasjes en eettentjes en het is levendig in La Habana Viega, de oude stad. We bezoeken het Museum van de Revolutie en wandelen wat rond door de smalle straatjes. Dank zij hulp van de Unesco is in de oude stad veel gerestaureerd. In onze casa, waar we een heel appartement tot onze beschikking hebben, ontmoeten we bij het ontbijt een jong Braziliaans stel. Ze staan nog aan het begin van hun reis en willen alles over onze ervaringen met Cuba weten. We spreken onze twijfels uit over het communistisch systeem, maar zij zijn het niet met ons eens. In Brazilië en ook in andere Zuid-Amerikaanse landen zijn veel daklozen en 'echt' armen. Dat zie je op Cuba niet, omdat er een goede basis is, dank zij het communistisch systeem. Het geeft weer hoe westers wij kijken. Zij zien door een Zuid-Amerikaanse bril de positieve effecten, waar wij de gebreken zien..

We kijken met plezier terug op onze reis. Het was soms hard trappen tegen de wind en de heuvels op. In toeristengebieden moet je uitkijken dat je niet wordt getild, maar als we nee zeggen tegen aanbieders van een taxi, een excursie, een casa, dringen ze niet aan. Nee is kennelijk nee. De dorpen zijn vaak stoffig, de wegen slecht, mensen moeten veel wachten: op de bus, om een internetkaart te kopen, voor de eierboer, de bakker. De casas particulares waren over het algemeen heerlijke plaatsen om thuis te komen en uit te rusten. Het ontbijt is overal vorstelijk. Het diner goed verzorgd. De mensen zijn erg hartelijk en we voelden ons veilig. Geweld hebben we niet gezien. Men houdt zich keurig aan de verkeersregels en afspraak is hier echt ook afspraak (hoewel de Cubaan er vaak een 'eigen' interpretatie aan geeft :-). De zuidelijke kustroute vonden we erg mooi, evenals de Sierra del Rosario.
Cienfuegos, Trinidad, Sancti Spiritus en de oude stad van Havana vonden we leuke steden. Mannen zijn over het algemeen slank. Vrouwen fors. Dikke billen in strakke leggings en grote borsten in kleine strakke hemdjes bepalen het straatbeeld. Het Museum voor Schone Kunsten in Havana met Cubaanse kunst kan concurreren met Europese musea. Prachtig. Maar ondanks de nuances van de Brazilianen is Cuba voor ons toch een derde wereld land waar we geen echte welvaart hebben gezien.

De foto's van deze reis zijn inmiddels te zien. Klik op de link in de rechterkolom naast deze tekst.


maandag 27 februari 2017

Avontuur

We hebben een paar prachtige fietsdagen achter de rug. Afgelopen woensdag, de 22e, ging de wekker af om 05.30. We willen een avontuurlijke tocht naar het westen maken. Avontuurlijk,omdat niemand ons kan vertellen hoe de weg is en of er overnachtingsmogelijkheden zijn. We hebben besloten het risico te nemen. Maar om half 6 klettert de regen op ons dak. We zetten de wekker maar een uurtje later. Het regent nog steeds. Onze gastvrouw heeft ons ontbijt binnen gedekt in plaats van op het terras. Er is onweer voorspeld, zegt ze. We hakken de knoop door, laten ons avonturenplan even varen, en gaan naar het 25 km verderop gelegen Pinar del Río. Een mooie maar drukke weg met uitzicht op de karstformaties, hier mogotes genoemd. De voorspelde regen blijft geheel uit.

Pinar del Río heeft veel koloniale huizen met grote veranda's en klassieke zuilen. Het geheel ziet er echter verveloos en onderkomen uit. Het is daarom niet echt een aantrekkelijke stad. Onze casa is waardeloos en we willen hier zo snel mogelijk weg. De volgende dag gaan we alsnog het avontuur aan. Drie dagen hadden we uitgetrokken, maar het werden er maar twee. De fietstocht was erg mooi. De mogotes, de lichtgroene tabaksplantages, gelardeerd door de kleurige huisjes die omgeven zijn met bougainville, hibiscus en grote bloeiende mangobomen, waar aan dunne lianen de jonge vruchten hangen. Vanaf juli worden ze geoogst. En de hoge houten schuren, vaak met een dak van palmbladeren, waarin de tabaksbladeren gedroogd worden. Het is dé cultuur van deze regio. 'Wat een perspectief' denk ik, want ook hier zal roken eens in het verdomhoekje komen vanwege toenemend gezondheidsbesef.
Een overnachtingsplaats vinden valt niet mee. In Guane zien we nergens het vertrouwde logo van de erkende casas particulares hangen. Frans bezoekt een paar 'illegale' casas, maar die zijn zo primitief dat we dat niet doen. Uiteindelijk brengen een paar stoere jongens ons naar een opnieuw onooglijk lijkend verblijf, maar de eigenaresse heeft achter in de tuin een huisje gebouwd dat redelijk is. Ze verhuurt kamers per uur, maar 24 uur kan ook. De kip die ze voor ons klaarmaakt smaakt ons goed en het ontbijt is weliswaar zeer eenvoudig, maar prima.
Vrijdag dachten we in San Juan een casa te vinden, maar weer alleen kamers voor een wip en zo armoedig, dat willen we niet meer. We besluiten door te rijden naar Pinar del Río. We hebben een casa in een koloniaal huis voor ogen, maar die is bezet. De eigenaresse belt naar een ander adres en dat blijkt een luxe verblijf te zijn. Een hele bovenverdieping met groot terras voor ons. Lekker eten, goed ontbijt. En vandaag een mooie tocht naar San Diego de los Baños, een dorpje met de Sierra del Rosario in het oosten en de Sierra de Güira in het westen, bossen van mahonie en ceder en een authentieke casa met schommelstoelen op de veranda. Een verblijf voor een dagje rust voordat we via Soroa en Las Terrazas richting Havana fietsen.


Wij zouden niet kunnen aarden in de dorpen hier. Iedereen hangt een beetje op straat. Er is weinig te beleven.We zien mannen hele middagen domino spelen. Er zijn nauwelijks winkels. Brood wordt met de fiets bezorgd en als de 'eierwagen' komt staan er lange rijen en lopen vrouwen met pallets vol triomfantelijk naar huis. Het onderwijs is goed wordt gezegd, maar als je gestudeerd hebt en er zijn geen geschikte banen?  

woensdag 22 februari 2017

Toerisme

Zondagmiddag in Puerto Esperanzo. We strijken neer in een cafeetje aan de haven. Er zitten hoofdzakelijk mannen aan het bier en de rum. Rum is favoriet hier. Ze drinken het puur. Het is goedkoop en mannen drinken het. Vrouwen maken het huis schoon en koken. Ze zijn de baas zeggen ze zelf.
Het is moeilijk een typering van dé Cubaan te geven. Vooral omdat ons Spaans, vooral dat van Frans dan, voldoet om de weg te vragen en huis- tuin en keukeninformatie uit te wisselen, maar het is onvoldoende om echt een discussie aan te gaan.

Tijdens een excursie naar het Nationaal Park in Viñales ontmoeten we bij de sigarenmakerij een Engels- en Duitssprekende gids. Desgevraagd spreekt hij zijn lof uit over de Revolutie. Mensen leerden op grote schaal lezen en schrijven, onderwijs werd gratis, evenals gezondheidszorg. Mensen betaalden nauwelijks belasting. Ook tijdens de Sowjettijd was alles redelijk, zij het dat uniformiteit hoogtij vierde. Nu is het land corrupt. Toen de Sowjetunie uiteen viel verloor Cuba zijn economische partners. De industrie stagneerde door gebrek aan brandstof. Import werd gereduceerd, lonen gingen omlaag en voedsel kwam op rantsoen. Het land krabbelt stilaan weer op. De regering moedigt buitenlandse investeringen aan. De handelsrelaties met o.a. China en Venezuela zijn aangetrokken. Raoul staat beperkt particulier ondernemerschap toe. Toerisme is een belangrijke bron van inkomsten, maar lang niet iedereen profiteert daarvan. Het belang van de suiker- en tabaksindustrie neemt alleen maar af. De tweedeling in de samenleving wordt groter. De eigenaren van de casas particulares behoren tot de sociale elite, maar ook anderen hebben volgens ons toegang tot het luxere leven. We zien mooi opgeschilderde huizen met kleurige bijpassende schommelstoelen op de veranda's, schone tegelvloeren, moderne badkamers en we zien hutjes zonder al die voorzieningen. We zien mensen zwoegen op het land, we zien mensen vervoerd worden in paardenkarretjes en vrachtwagens en we zien mensen rondrijden in goed onderhouden oldtimers, nieuwere auto's en op electrische scooters. We zien gelatenheid in de rijen voor de apotheek, de Etecsa-shops en andere staatswinkels. Een Nederlander die ieder jaar langere tijd op Cuba doorbrengt noemt Cuba een waanzinnig gaaf shitland. Hij beweert dat het relatief duur is, de service is slecht en niets werkt. Ik wil dit graag nuanceren. Het land is niet duur voor ons. In toeristengebieden is men geneigd de toerist uit te buiten. Een privé-excursie voor twee werd een excursie voor vier, waardoor men het dubbele verdiende. Het is niet fijn dat je daar steeds alert op moet zijn. Het eten in de casas particulares is relatief duur, maar ook erg goed en wij ervaren steeds: afspraak is ook voor Cubanen afspraak. Onze gids kan in het Engels en Duits tegen ons zeggen wat hij in het Spaans niet kan zonder bestraft te worden. Mensen vertrouwen elkaar niet meer zegt hij. Hij leeft voor zijn gezin en zijn familie. Dat houdt hem ook hier min of meer gevangen.


Viñales is als Valkenburg. Veel toeristen, omdat de omgeving bekend staat als mooi. Het dorp zelf bestaat uit bars, restaurants, casas en toeristenwinkeltjes. Het is wel leuk om ons even in deze hectiek onder te dompelen, maar twee dagen en we zoeken graag de rust weer op.

maandag 20 februari 2017

Het westen

Een beetje weemoedig zitten we op het terras van hotel Casa Granda te wachten op onze koffie. Het terras kijkt uit op het grote centrale plein en heeft een prima internetverbinding. We hebben, ondanks onze tegenslag met mijn oog, de tijd die we nodig hadden om ons visum te verlengen, de bus naar Havana te bespreken en een nieuwe internetkaart te kopen, wat ons alles bij elkaar zo'n anderhalve dag kostte, een aangename tijd doorgebracht in deze lawaaistad. De gastheer en -vrouw van onze casa zijn reuze aardig en behulpzaam. Ze bezorgen ons iedere ochtend een vorstelijk ontbijt. In de stad is veel muziek. In de 'Casa de la Trova' strijken de hele dag door spontaan zangers en musici neer. Ook in musea wordt gespeeld. Meer jazzy dan het typisch Cubaanse ritmische dat je overal uit de luidsprekers hoort schallen. We hebben leuke restaurantjes bezocht, ook met mooie life muziek, en lekkere koffietentjes ontdekt. 16 uur in de bus is geen aantrekkelijk vooruitzicht. Maar het valt mee. Ik had een wat te innig contact met de man die vóór me zat. Hij zette zijn stoel zó ver achteruit dat hij zowat bij mij op schoot lag. Zo intiem ben ik niet graag met vreemde mannen. Na een vriendelijk verzoek, wat gemor en een kniestootje ging hij iets rechter zitten en ik ben in slaap gevallen. Met een stijve nek regelmatig wakker geworden, maar we hebben geslapen en om 07.00 uur uit de bus, fietskleren aan, fiets rijklaar en een koffietentje opzoeken voor een broodje en koffie.
De 70 km naar Cabañas gingen vlot. Het landschap is (nog) niet spectaculair. Er wordt in onze gidsjes wel veel beloofd. We arriveren in een casa, ons aangeraden door een ons tegemoetkomende Spaanse fietser. Prima weer.

De eigenaresse van onze casa raadt ons met klem een casa in Palma Rubia aan. Het is natuurlijk een vriendin van haar, want zo gaat dat hier. De weg erheen is een ramp, zo slecht. We stuiteren steeds weer berg op en berg af en komen doodmoe aan. De casa is mooi gelegen met een ver uitzicht op zee, maar het verblijf zelf is minder. Er zijn een paar drukke Amerikaanse vrouwen, die heel goed weten hoe we er in de wereld voorstaan. We moeten een badkamer delen met Anders, een heel aardige Deense jongeman, waar we interessante gesprekken mee voeren.
Zondag de 19e bereiken we de regio Viñales. Een mooi natuurgebied met grillige karstformaties. We ontmoeten bij een koffietentje een Duitser, die van Puerto Esperanza komt. Hij is heel enthousiast, dus besluiten we ter plekke, flexibel als we zijn, dat we ook wel via Puerto Esperanza naar Viñales kunnen.  

dinsdag 14 februari 2017

Santiago de Cuba

Wat een spectaculaire tocht hebben we aan de zuidkust, ten westen van Santiago de Cuba. De mooiste fietstocht die we tot nu toe op Cuba deden. Als het kan zitten we al om 06.00 uur aan het ontbijt om de ergste hitte voor te zijn. Eenmaal onderweg zijn het gedreun van de branding van de Caribische Zee en krijsende vogels het enige geluid dat we horen. Verkeer is er niet. We fietsen dicht langs de witte koppen van de golven die tegen de rotsen slaan. Of we kijken er vanuit de hoogte op neer. De bergweg loopt soms steil om rotspunten heen. De bergen waar Fidèl Castro met zijn Celia en de rebellen zijn revolutie voorbereidde. De weg heeft erg geleden van de orkanen die hier in ons najaar hevig tekeer kunnen gaan. Soms is er helemaal geen weg meer, maar ik vind het zo prachtig dat het me niet deert. We ploeteren er ons vrolijk doorheen. Het turquoise water gaat over in diep koningsblauw, de kleuren van de natuur zijn niet te evenaren. We hebben mooie foto's. Spijtig genoeg lukt het ons niet deze op onze blog te plaatsen door het gebrekkige internet.

We komen terecht op een 'campissimo', een door de staat gedreven camping met huisjes.
Het restaurant/de recreatieruimte voor de Cubanen is streng gescheiden van het 'restaurant' voor de toeristen. Bier komt pas vanavond, als het al komt. Er is wel rum, maar alleen per fles te koop. Lemon dan maar. Het gaat er weer echt communistisch aan toe, met briefjes van onze bestellingen die dan naar het Cubaanse restaurant worden gebracht, waar ze de bestelling bereiden. Onze sandwiches met kaas zien er heel Nederlands uit: twee broodjes met dikke plakken kaas. Lekker.
Na nog een overnachting in Chivirico bereiken we Santiago de Cuba. Hier willen we ons visum verlengen en de bus naar Havana nemen om van daar uit de route richting Vinales te fietsen. Maar eerst Santiago verkennen.
Het is nog steeds heet.

De eerste dag in Santiago wordt een kennismaking met de gezondheidszorg in Cuba. Al een dag of tien heb ik last van mijn rechteroog, mijn lensoog. Ik draag daar een zachte leeslens in, een daglens. Veel stof en wind, een vuile lens en een klein scheurtje veroorzaken wat ongemak. Maar even geen lens. Frans zijn zonnebril op, die tevens leesbril is, en het gaat wel. Een dokter bezoeken zit er ook niet in op onze vrij eenzame route. Eenmaal in Santiago kan ik niet slapen van de pijn. De mensen van onze casa adviseren een bezoek aan het internationaal gezondheidscentrum, een soort huisartsenpost voor toeristen. Na drie uur wachten zegt de aardige arts dat ze een probleem heeft: 'Ik heb niet de machine die nodig is om je oog beter te onderzoeken, dus je moet naar het ziekenhuis en je zult moeten wachten want er is op dit moment geen ambulance.' Nog maar een uurtje gewacht. De ambulance brengt ons naar een universitair ziekenhuis. Daar worden we snel en professioneel geholpen door een oogarts. Zij constateert een zweertje, wellicht veroorzaakt door de contactlens. Ze schrijft drie soorten medicijnen voor, antibiotica en ontstekingsremmers. Ook absolute bedrust de eerste twee dagen. Dat zie ik dus echt niet zitten. Ik ga het wel rustig doen en de zon weren. Aanvankelijk wil ze me persé vrijdag weer zien, maar wij willen dan Havanna voorbij zijn. Later nuanceert ze haar uitspraak: 'Als je je beter voelt hoeft de controle niet.'
Toen we eindelijk, na weer enkele uren wachten, mijn medicijnen in bezit hadden zijn we met een taxi naar het busstation gegaan, waar we tickets hebben gekocht voor de busrit naar Havanna, een 16 uur durende rit maar liefst. We hebben nog een paar dagen om ons visum te verlengen en iets van Santiago mee te nemen. Wat een dag. Maar ik voel me al weer een stuk beter.

14 februari. We worden door onze gastvrouw gefeliciteerd met Valentijnsdag, de dag van de liefde. Daar wordt hier werk van gemaakt. Overal in de stad zijn straten afgesloten voor feestelijkheden. We wandelen naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken om ons visum te verlengen. We zijn er om half 10 en de wachtruimte zit bomvol. Je moet als klant weten wie de laatste is, dan weet je wanneer je aan de beurt bent. In die tussentijd kun je gerust wat anders doen. In de wachtruimte zit een Nederlandse immigrant die ons vertelt dat we een bankzegel nodig hebben. Dat koop je bij de Nationale Bank. Terug naar het centrum dus. Eenmaal bij bank: een nummertje trekken en wachten. Met de taxi weer terug naar het Ministerie. We zijn er nog net vóór sluitingstijd en gelukkig is onze beambte soepel. Eigenlijk zijn we te vroeg: ons visum is nog vijf dagen geldig. Als ze hoort dat we op de fiets zijn en verder willen gaat ze overstag.


Het verkeer in Santiago is vreselijk lawaaierig. Bussen, auto's en brommers trekken op en scheuren door de straten. Ik mis het rustige geklikklak van de paardenhoefjes in de kleinere steden en dorpen. Maar het is wel een levendige stad.  

donderdag 9 februari 2017

Aardige Cubanen

We ontmoeten weer een hoop aardigheid onderweg. We zijn gewaarschuwd: 'Cubanen willen overal geld voor'. Maar wij ervaren het tegendeel. Als we moe in Manzanillo bij een casa aankomen blijkt deze vol. De eigenaar pakt zijn telefoon en probeert andere casa's voor ons te vinden. Er is veel vol, want er zijn in dit niet-toeristische gebied niet zo veel mogelijkheden. Met zijn fiets brengt hij ons naar een adres waar plaats is, belangeloos. Hij reserveert ook nog een casa voor de volgende avond voor ons.
De corpulente gastvrouw bekijkt ons aanvankelijk wat gereserveerd, maar vol trots serveert ze ons haar 'verboden geslachte rundvlees' en de andere dag krijgen we voor onderweg keurig ingepakte broodjes en een volle bidon vers sap. Weer belangeloos. Uit aardigheid!

Meestal komen we vroeg in de middag in de door ons uitgekozen casa aan. Na de douche en wat rusten, bezoeken we het centrale plein. Hét pronkstuk van iedere plaats. Bomen, een standbeeld van een belangrijke Cubaan, een kiosk, mooie architectuur én internet. 's Avonds is het druk. Iedereen zit met zijn smartphone of laptop. Sommige mensen skypen en praten en lachen, anderen kijken wat verweesd, wachtend op het inlog-scherm. Vervreemdende toestand eigenlijk. Wij doen ook mee, maar als het 's avonds te lang duurt of helemaal niet lukt om in te loggen met onze Etecsa-kaart doen we 's ochtends een nieuwe, meestal meer succesvolle poging.

De zuidelijke kustroute is leuk. Veel dorpen, groen, en steeds bergachtiger. Onderweg worden we geplaagd door propaganda voor de revolutie, Yo soy Fidèl en Raoul. De wegen zijn over het algemeen goed. Soms treffen we stukken vele malen verstelde lappen dekens. Veel slijtplekken en gaten. Dat betekent voor ons slalommen om de slechte stukken heen. Er is zó weinig verkeer dat we rustig ook de linkerkant benutten om de goede stukken op te zoeken.
Vandaag bereiken we over een flinke bergrug de Caribische Zee.


woensdag 8 februari 2017

The south coast loop

We hebben de knoop doorgehakt. We doen niet 'The Far East Tour', maar 'The Orient Tour'. Met de bus naar Holguìn was een spannende aangelegenheid. Om 13.30 vertrekt de bus. 'Ben er minstens een uur tevoren' is de boodschap van onze gastvrouw, die naar het busstation belt voor ons. Minstens drie uur vóór vertrek arriveren we op het busstation om te horen dat de bus vol zit. We kunnen wachten. Er valt altijd wel een plaats vrij. Anders kunnen we om 17.30 uur mee. We zuchten en wachten en ja hoor, om 13.15 wordt Frans bij de bazin aan het bureau geroepen en blijken we mee te kunnen. Gelukkig, dan zijn we vóór donker in Holguìn en kunnen we rustig een casa particular zoeken.
We treffen weer een prachtig koloniaal huis. Onze ruime slaapkamer met hoge plafonds heeft geen raam. Dat troffen we eerder in zo'n koloniaal huis en dat is bedoeld om de warmte buiten te houden beseffen we nu. We hebben hier geen fan of airco nodig, want het is heerlijk koel.

We hebben besloten de 'South Coast Loop' te fietsen en met de wind in de rug bereiken we eerst Bayamo en zijn we nu in Manzanillo aangeland. Onbeduidende dorpen. Onderweg mijmeren we over de Cubanen op het platteland. Ze wonen in hutjes, onze schuurtjes. Meteen achter de voordeur staat een stoel en een tv. Ze hebben wel wat ruimte om hun huis. Koeien grazen op bruine velden. Mensen zitten aan de kant van de weg een emmertje paprika's of tomaten te verkopen. Landbouwmachines zien we nauwelijks. Er wordt veel met de hand gedaan, met ossenkarren en natuurlijk met paarden. Mensen verplaatsen zich op krakkemikkige fietsen of wachten tot ze meegenomen worden door een vrachtwagen. Bussen voor regionaal vervoer zijn vaak verbouwde vrachtwagens. Wij zouden zeggen voor het vervoer van vee. Mensonwaardig.
Er zijn wel ruimere huizen. Er is denken we veel verschil in inkomen. Hoe dat komt weten we niet. De casa-eigenaren zijn meestal ruim gehuisvest. Het deel van Cuba waar we nu zijn hebben wij een derde wereldland genoemd. Echte welvaart zien we niet.



zondag 5 februari 2017

Van Sancti Spiritus naar Camagüey

We hadden ons voorbereid op een paar saaie fietsdagen over de vlakten van het binnenland van Cuba. Dat hoort bij fietsen, weten we. Je moet soms afstanden overbruggen die minder aantrekkelijk zijn. Maar het blijkt een afwisselende route. Veel bruine velden, dat wel, maar ook veel lichtgroen suikerriet, palmbomen, mango's, citrusfruit en veeteelt. We komen door dorpen waar we altijd wel een piepklein kopje sterke en mierzoete koffie kunnen scoren (à 4 cent). En iedere keer weer een mooie casa met een lekker diner en een uitgebreid ontbijt. Diner en ontbijt in de casa's zijn relatief duur in vergelijking met de restaurants, maar we gunnen de gastheren en -vrouwen graag een extraatje. Ze moeten veel belasting afdragen voor ons verblijf in de casa, maar niet voor het diner en het ontbijt. En ze doen zo enorm hun best.

Wat heel vervelend was de afgelopen dagen: we fietsten bijna 200km tegen de harde wind in. Het is oostenwind en we fietsen naar het oosten. Verkeerd ingeschat. Het voelt zwaar, steeds maar 12 km per uur, maar wel hevig stampen in plaats van 18-20 km per uur lekker fietsen. Om nog meer vergeefs trappen te ondervangen willen we een bus nemen naar Holguín om daar het avontuur van 'The Far East Tour' te beginnen. Dit wordt ons afgeraden door een in Camagüey wonende Nederlander. Hij heeft een casa particular en een reisbureau. Hij organiseert ook fietstochten op Cuba en op een terrasje raken we met hem in gesprek. De tocht die wij willen maken is behoorlijk bergachtig en we kunnen zeker niet alles fietsen vanwege slechte wegen. We zullen een jeep moeten huren. Hij raadt ons aan de zuidelijke kustroute te nemen. Die is erg mooi en niet toeristisch. We weten het niet goed meer. Gaan in elk geval de bus nemen naar Holguín.

Onze dag in Camagüey bevalt ons wel. Het is een levendige stad. Veel galerietjes, een mooi museum met hedendaagse kunst, een Spaanse dansvoorstelling op een plein, veel cafetaria's (koffiehuisjes waar ze ook een broodje en pizza verkopen), veel flanerende mensen. We kopen een primitief schilderijtje van een plaatselijke kunstenares. Een afbeelding van de hier zo typische fietstaxi. Het past opgerold gemakkelijk in mijn fietstas. Heb ik al een souvenir te pakken.

In onze luxe casa particular, een prachtig koloniaal gebouw, raadplegen we nog maar een kaart en onze reisboekjes, ergens lekker eten en dan vroeg naar bed.

dinsdag 31 januari 2017

Sancti Spiritus

Onze eerste kennismaking met Sancti Spiritus is, onze boekjes kondigden het ons al aan, verrassend. Geen hordes toeristen die de authentieke straatjes overlopen. Er zijn opvallend veel winkels zonder lange rijen, wel een portier aan de deur, leuke koffietentjes en vooral Cubanen op bankjes op het plein en in de winkelstraat, soms met hun smartphones, soms nippend aan een mojito, of zomaar zittend.

Het is iedere keer weer een verrassing: hoe zal het onderweg zijn, wat treffen we aan in 'ons stadje', is er een museum, een kerkje dat de moeite waard is, hoe is onze casa, wat is het diner, eten we in de casa of bezoeken we een restaurant, hoe is het ontbijt? Dat is eigenlijk wat ons bezighoudt tijdens onze fietsreizen.
In Trinidad hebben we alleen wat gewandeld en gezeten. De musea die we wilden bezoeken waren dicht op zondag. 's Avonds aten we in een mooi restaurant, gegrilde garnalen en vis, begeleid door twee zangers/muzikanten die ons meenamen in hun melancholische liederen, niet electronisch versterkt en daardoor heel rustig en meeslepend. Een verademing na het zwaar versterkte Caribische gedreun dat we op straat wel horen.

De route van Trinidad naar Sancti Spiritus is mooi. Behoorlijk klimmen, maar het was vooral de stormachtige wind op kop die het zwaar maakte.
We belanden in een 130 jaar oude Palacio-achtige casa. We komen binnen in twee hoge kamers. Kunst aan de muur, 'Griekse' zuilen, koloniaal meubilair, waar ik zo de corpulente heren met dikke sigaren in zie schommelen. De patio is eveneens omgeven met 'Griekse' zuilen. Nep, maar het is er aangenaam toeven.


De baas kookte een 'lentekipje' voor ons, kip met een saus van fruit, waarmee ieder ontbijt hier ook altijd ruim is bedeeld. Ananas, papaya, mango, meloen, guave. Vanavond maakt hij iets met varkensvlees. Hij gaat ons verrassen heeft hij beloofd. Maar eerst Sancti Spiritus.

Internet en verder

Internetverbinding betekent hier: geduld. We hebben een kaart, waarmee we op bepaalde plaatsen in parken van grotere steden toegang kunnen krijgen, omdat daar wifi-routers zijn geplaatst. In Trinidad zat het plein vol met toeristen en hun smartphones en het lukte ons niet. Als we dan eindelijk verbinding hebben proberen we een blog te plaatsen. Ook nog de krant downloaden, facebook en e-mails lezen en beantwoorden en foto's plaatsen is dan kennelijk te veel gevraagd. Mijn vriendin Yvonne doet vrijwilligerswerk in Nepal en ik ben er nog niet in geslaagd haar blog te openen. Sorry lieve boodschappers en lezers, dat ligt dus niet aan onze onwil. Mijn frustratie is al veranderd in berusting. Ik besef dat wij wel erg afhankelijk zijn geworden van dit medium.

In Cienfuegos brachten we een heerlijk relaxte dag door. We flaneerden wat door de stad en wandelden naar Punta Gorda, het zuidelijkste puntje van de baai van Cienfuegos. We bezochten daar het Palacio de Valle, volgens de Lonely Planet een kitchpaleis, maar met zijn gotische, Venetiaanse en neo-Moorse motieven in de stijl van de Alcázars in Granada en Sevilla maakte het op ons wel indruk.

De fietsroute van Cienfuegos naar Trinidad is prachtig. Heuvelachtig, veel stijgen, met steeds de zwarte silhouetten van de bergen op de achtergrond. Mooie valleien. Suikerriet, roze bloesems, bloeiende bougeainville, kale bomen, het frisse groen van de lente en het dorre, droge van de nazomer. De vele paardenkarretjes op de weg vervoeren mensen en worden gebruikt voor het werk op het veld. Stoere paardrijders met cowboyhoeden op doen boodschappen of gaan naar het veld om te werken.

Na 80 voor mij toch wel heel vermoeiende kilometers bereiken we Trinidad. Een mooie casa, zachtgeel en zalmroze dit keer, en een erg toeristische Trinidad verwelkomen ons.
Onze gastheer bereidt ons een driegangendiner met kreeft als hoofdgerecht. We hebben een hele volgende dag om de stad te bekijken en uit te rusten..





zaterdag 28 januari 2017

Kleur

Maandag 24/1
Een bijzonder casa particular treffen we in Finca Coincidencia, waar onze gastvrouw in Matanzas ons naar verwees. Het is een boerderijcomplex met 4 koeien, fruitbomen, groenten en heel veel keramische kunst in de omliggende tuin. In een apart complex worden potten en andere keramiek gebakken. Tijdens een wandeling door de beeldentuin hebben we een gesprek met een Cubaanse medewerker. Hij is niet echt enthousiast over de mentaliteit in zijn land. Er zit geen vooruitgang in het systeem en dat heeft volgens hem vooral te maken met het tropische klimaat. Mensen hoeven geen rekening te houden met de kou volgende maand. Het gevolg is een gebrek aan ambitie. 'Morgen komt er weer een dag en wie dan leeft dan zorgt' is het adagio van het merendeel. Dat lijkt heerlijk relaxed maar is op den duur fnuikend voor de economie.

's Avonds krijgen we een heerlijke biologische maaltijd voorgeschoteld, alles van eigen bodem. We zitten aan tafel met een jong Canadees fietsstel en raken niet uitgepraat over de ontwikkelingen in Amerika en de rest van de wereld. We hebben nog helemaal niets vernomen over de installatie en eerste besluiten van de grote nieuwe wereldleider Trump.

Dinsdag 25/1
Na ruim 75 km belanden we in Playa Larga aan de Caribische Zee, om precies te zijn aan de Varkensbaai. Op de stranden hier vond in 1961 de landing plaats van door de VS gesteunde contra-rebellen. Ze werden echter door Castro, die in 1959 zijn revolutie uitvoerde, en zijn mensen overtuigend verslagen, waarna de relatie met de VS voor goed verbroken werd. Tot Obama hem onlangs voorzichtig weer herstelde.
We komen terecht in een blauw met geel casa particular dit keer. Verrassend schoon, gastvrij en heel betaalbaar.

Cubanen houden van kleur. In de dorpen wisselen het zachte mintgroen, vanille, pastelroze en waterblauw van de huisjes elkaar af. Old-timers met hun antieke vormen sieren trots in spetterend lavendelblauw, knalroze, turquoize, chocoladebruin en nog veel meer de weg.

Onderweg ontmoeten we een jonge Cubaan (45 schat ik in, tja dat noem ik jong tegenwoordig). Hij spreekt mooi Hoog-Duits. Heeft 4 maanden in Stuttgart gewoond en daarna met cassettebandjes zichzelf Duitse les gegeven. Hij is nu reisleider bij een private ondernemer die toeristen vervoert in old-timers. “We zijn gevangenen op dit eiland' zegt hij. 'De vrolijke Cubanen met hun grote sigaren en hun muziek, het is allemaal buitenkant'. “Ik zou graag terug willen naar Duitsland, maar dan moet ik €5000,-- op de bank hebben én twee huizen bezitten. Dat kan ik nooit verdiend hebben op een normale manier. Daar krijg je dan weer problemen mee en als je niet uitkijkt ben je alles kwijt. Er is hier geen democratie”. We krijgen een verhandeling over de geschiedenis. Castro, die eenmaal overwinnaar, geen verkiezingen uitschreef maar alle macht naar zich toetrok, zeer tegen de wil van de bij het volk favoriete Cienfuegos, die niet veel later op een duistere manier met zijn vliegtuigje verdween.
Dat van die niet zo vrolijke Cubanen klopt wel. Op het platteland zien de mensen er niet echt blij uit. Ze werken op het land, wachten op vervoer, wachten voor de winkel, zitten zomaar wat.

Onze fietstocht is tot nu toe niet erg interessant. Het landschap niet spectaculair en de afstanden tamelijk groot. Het gebrek aan fietstraining speelt me parten. Mijn arm doet pijn, het gewricht van mijn linkerknie is gevoelig en dan is 80 km ver. Maar in Cienfuegos treffen we een prachtig Casa particular, El Zafiro. De 'Turquesa kamer' is voor ons. Gelegen aan een mooie binnenplaats. De douche oogt gloednieuw, het water is warm! De kamer is smaakvol ingericht met turquoize dekbed en lampen en er hangt moderne kunst aan de muur. Heerlijk aankomen na een vermoeiende en warme dag.

In de avond onze eerste kennismaking met de stad. Klein Parijs wordt beweerd. We zijn onder de indruk van het Centrale Plein, het Parque José Martí, een dichter en filosoof, die hier overal geëerd wordt. De architectuur is imposant. Om 21.00 uur mijmeren we nog wat na op het binnenplein van onze casa, kijkend naar de sterrenhemel, nog steeds in ons shirt. Wat een rijkdom..

Onze gastheren, Victor en Elena, zijn trots op hun Casa. Victor laat ons zijn 'huismuseum' zien. Oude foto's, contracten en een verzameling pasbrillen. De naam 'El Zafiro' stamt uit de 19e eeuw toen de eigenaar een Spaanse opticien was.


Elena deelt onze liefde voor kleinkinderen en bekijkt met belangstelling onze foto's en filmpjes van onze kleindochtertjes. Als afscheid krijg ik een armbandje omgedaan dat ik zal bewaren voor onze kleine meid.

maandag 23 januari 2017

Klimaatschok

Het is een ware klimaatschok. We verlaten een mooi Nederlands tafereel in het Groene Hart, waar we onze auto bij Teunis en Tjetske achterlaten. De taxichauffeur rijdt binnendoor naar Schiphol, omdat er een ongeval gebeurd is op de A1. We zijn hem daar dankbaar voor. De bomen zijn bedekt met rijp. We kijken uit over de witte velden, de bevroren slootjes, hier en daar een molen. Hollandser kan niet.
En in Havana zijn er palmbomen. De temperatuur is 's avonds nog heerlijk. Het is een lange reis, maar alles loopt op rolletjes. De fietsen komen snel uit de “excess baggage” en lijken ongedeerd. Onze andere bagage is er meteen en onze taxi staat klaar. Alleen onze verwachting van een luxe appartement met balkon en uitzicht op de boulevard klopt niet. Onze contactpersoon brengt ons in plaats daarvan naar een appartement in de oude stad, vlakbij Plaza Vieja. Die verrassing hoort kennelijk bij Cuba. Niets is wat hoort te zijn. Als we geïnstalleerd zijn neemt onze contactpersoon ons mee naar de Plaza, waar we, ondanks onze vermoeidheid, tot 24.00 uur buiten zitten, een biertje drinken en naar de muziek luisteren. Het ontbijt is voorzien van vers fruit, gebakken eieren, fricandeau, kaas, groente, lekkere koffie, sap, zoveel dat we de lunch kunnen overslaan. Alles wat we willen zien en doen is op loopafstand. De fietsdozen worden opgeslagen in een schoon en droog hok voor de terugreis. Als we een paar dagen later vertrekken concluderen we dat we heel blij zijn met de appartements-wisseling.

Het oude centrum van Havana is erg toeristisch, maar mooi en gezellig. Er zijn prachtige pleinen en galerietjes. De musea voor Schone Kunsten, zowel het Internationale als het Cubaanse hebben geweldige collecties en de architectuur van de huizen varieert van Cubaanse en Spaanse barok, Renaissance, Classicisme en Art-Déco. Vaak mooi gerestaureerd, maar dat blijkt beperkt tot de binnenstad. Elders zien we nogal wat bouwval.

De Cubaanse vrouwen vallen op met hun forse billen in strakke leggings, hun décolleté's in te kleine hemdjes bedekken amper de weelderige boezems.

Vandaag, 22 januari, hebben we het oude centrum van Havana verlaten. Via een ferry komen we terecht op de Via Bianca, die ons in oostelijke richting moet brengen. We zijn nu echt in de Tropen. De weg is heuvelachtig en er staat een stormachtige wind, die we wisselend op kop en van opzij hebben. Ik ben erg moe als we na ruim 95 km aankomen in Matanzas, waar we gelukkig weer een heerlijk gastvrij Casa Particular, de Cubaanse versie van Bed & Breakfast, treffen.







zondag 15 januari 2017

Cuba

Donderdag 19 januari 2017 vertrekken we voor een fietsreis naar Cuba. Zeven weken buiten zijn in, naar we verwachten, een aangename temperatuur. Weer onderweg zijn. Zeven weken met schaars internet en zonder GPS, want dat is verboden daar. Bloggen zal moeilijk zijn, e- mails beantwoorden, facebook bekijken, de NRC downloaden, het is nauwelijks mogelijk. Maar dit hoort bij reizen. Zien dat het anders is dan bij ons. ' Cuba is een geweldig shit-land' zei iemand ergens. We zullen het graag ervaren en daar waar mogelijk delen op onze blog.
Hieronder ons route-idee.