Effefietsen

Effefietsen

zaterdag 29 december 2012

Victoria

Sinds de Snowy Mountains zijn we in de staat Victoria. We fietsen van Tallangatta door Tangambalanga naar Yackandandah en vervolgens naar Beechworth. Aboriginal namen die gelukkig door de Europeanen gerespecteerd zijn. We maken kortere dagen. Dat is hier goed te doen, omdat de afstanden tussen twee plaatsen minder groot zijn. De heuvels blijven, maar zijn minder steil dan in New South Wales, waardoor het ons minder zwaar valt. Yackandandah en Beechworth zijn oude gouddelversstadjes. De bewoners zijn trots op hun architectuur van eind 19e eeuw. Ieder dorpje heeft wel een historisch museum. De Australiërs koesteren hun vrij recente geschiedenis en weten er veel over te vertellen. Ze zijn zich ook erg bewust van hun oorspronkelijke afkomst (Ierland, Engeland, Denemarken, Nederland etc.). Tegelijkertijd zijn ze erg milieubewust. De mensen waar we nu in Beechworth verblijven, Meg, huisarts en Fraser, als hij werkt werkt hij in de installatie van zonne-energie, hebben zo'n 7 km van het dorp verwijderd, aan een zogenaamde dirt road (onverhard), een alternatief huis gebouwd. Het huis is gebouwd van aangestampte aarde, vermengd met cement. Dit heeft mooie taupekleurige wanden als resultaat. Ze hebben veel lokaal en recycled hout gebruikt. Ze maken gebruik van zonne-energie, regenwater voor hun watervoorziening en een natuurlijke koelvoorziening voor hun voorraadkast via ondergrondse buizen. Prachtig, deze relatie van duurzaamheid en modern design. Ze hebben dit huis inmiddels verkocht en gaan dichter bij het dorp wonen, waar de energievoorzieningen nog beter, dwz zuiniger zijn. Het nieuwe huis is heel modern. Wij zouden ons in beide versies wel thuis kunnen voelen. Frans zit te popelen om later in Breda zoiets te realiseren.
Terwijl Meg en Fraser hun dingen doen (mountainbiken, winkelen) zitten wij op hun mooie veranda met het vooruitzicht hier een dagje te blijven. Lezen, bloggen, plannen, uitrusten..

woensdag 26 december 2012

Bosbranden, storm en onweer


Gerda en Jeff hebben ons maandag vóór kerst 200 km de Snowy Mountains over gebracht.
Dat was heerlijk, want het blijkt een erg bergachtig gebied. Heel mooi en soms ook wat futuristisch ogend vanwege de vele grijze, dode eucalyptusbomen. Dat is het resultaat van een grote bosbrand in 2003. Hevige warmte en wind zorgden voor een niet te beheersen vuur. De eucalyptus overleeft een normale bosbrand, maar deze was ongewoon hevig en heet. De hitte was tot in de stad voelbaar en er stierven mensen. Het weer kan hier erg extreem zijn. Toen wij, na de autorit door de Snowy Mountains nog zo'n 20km fietsten naar Corryong werd het steeds heter. We hadden net ons tentje opgezet en toen we fris gewassen de douche wilden verlaten was het plotseling schemerig. Een hevige wind blies takken van bomen en de vuilnisbakken vlogen over het kampeerterrein. Vanuit onze beschutting keken wij angstig toe of ons tentje het wel zou houden. Na ongeveer een kwartier en felle bliksemstralen, donderslagen en zware regenval verder werd het weer licht en konden wij op de fiets onze kerstboodschappen gaan doen.  

zondag 23 december 2012

Canberra


Jeff en Gerda halen ons om half acht 's ochtends op in Bungendore, een landelijk dorpje, waar we logeren in de plaatselijke pub. Het is plotseling weer vreselijk heet, maar als Gerda en Jef ons ophalen is het bewolkt en we zijn amper onderweg of de regen overvalt ons al en het is plotseling erg koud. Wat een extreme verschillen!! Gelukkig klaart het ook weer op. In Canberra fietsen we langs het (kunstmatige) meer en krijgen we een eerste indruk van de aangename, zorgvuldig opgebouwde hoofdstad.
Canberra is een kunstmatig opgebouwde stad. Heel doordacht en zorgvuldig en ook wel prettig. De stad heeft 360.000 inwoners met een oppervlakte van 2396 km², dus die burgers kom je niet zomaar tegen. Het meer met daar omheen het parklandschap met het oude en nieuwe parlementsgebouw en de musea, aan de andere kant van het meer het enorme Oorlogsmonument en heel veel open ruimte ertussen. In twee dagen tijd fietsen we gewoon minstens 75 km om alle bezienswaardigheden te bereiken. Ruimte zat, maar zonder auto of fiets kom je hier nergens.
In het Parliament House, een ambitieus monument, is een exemplaar te zien van de Magna Carta. Het confronteert ons met de betrekkelijk korte geschiedenis van de democratische beginselen. We voeren discussies over de waarde van democratie. Hoewel Australië en de Verenigde Staten een vergelijkbare immigratiegeschiedenis hebben lijkt de Australische mens minder individualistisch, minder wars van overheidsbemoeienis in het algemeen dan de Amerikaan. Er is wel heel veel vrijheid voelbaar voor het individu, het is allemaal informeel, minder normatief dan bij ons.
De tentoonstelling van Toulouse Lautrec in de National Art Gallery, 100 werken vanuit de hele wereld, is echt de moeite waard. De aboriginal kunst in het museum is eveneens prachtig. Het Australische War Memorial laat zien hoe de Australiërs hun steentje aan de veldslagen in de wereld hebben bijgedragen. Het monument en de vele blijken van de moedige krijgsheren, staat voor mij voor de behoefte van (veel) mannen aan macht.

De boodschap van Jef en Gerda dat het morgen te warm is om naar de bergen te gaan brengt ons in een moeilijk parket. We hebben geen zin om hier 4 dagen te wachten tot het kerst is. Maar ook daar komen we weer uit. Jeff en Gerda brengen ons maandag een stuk weg met de auto, om ons te helpen de grootste bergen over te komen, en wij gaan (vrijwillig) een sobere kerst tegemoet met een diner van couscous en water.  

maandag 17 december 2012

Sydney voorbij


Een prachtige kust, maar het vreselijk vermoeiende heuvel op-heuvel af gaat demotiverend werken. We doen op deze manier soms per dag een bergetappe, maar een etappe die geen winst oplevert. Als we zondagochtend (16-12) Kangaroo Valley binnen fietsbereik hebben word ik 's morgens om half 6 met een gezonde 'examenspanning' wakker. Het hoogteprofiel dat we moeten overwinnen liegt er niet om. 500 meter behoorlijk steil. Jef en Gerda willen ons wel met de auto ophalen als we het te zwaar vinden, maar als het enigszins kan gaan we dit toch echt zelf doen. En al om half 11 's ochtends zitten we achter onze moccha-koffie (café-latte met een scheut chocola). We hebben de klim en een erg mooie afdaling achter de rug en ik voel me gelukkig. De moccha is heerlijk vóór een te leveren prestatie, of erna, als het niet al te warm is. De klim was 100x leuker dan al die vreselijke korte hellinkjes. De camping prima en Kangaroo Valley een leuk dorp met rustieke winkeltjes, lekkere koffie-shopjes en een historische brug.
Na een bezoek aan het dorp lezen in de schaduw, want het is erg heet geworden. Na Nicci French en hun serie over Frieda Klein verslind ik nu de thrillers van Camilla Läckberg. Lekker spannend. Voor de intellectuele voeding lees ik ook nog 'Mijn vrijheid', de autobiografie van Ayaan Hirsi Ali.
De tweede grote klim, 724m stijging, hebben we vandaag gedaan, jammer genoeg vanaf halverwege in de regen. Het is met 14˚C zeker 20˚C kouder dan gisteren en we hebben dan ook maar onze toevlucht genomen tot een gelukkig aardige motelkamer in Moss Vale. Het blijft een goed gevoel dat we de échte klimmen nog steeds beheersen en het ook leuk vinden om onszelf zo'n klim als doel te stellen.
Hieronder zie je de profielen (de afstanden en stijgingen) van de afgelopen 2 dagen.







dinsdag 11 december 2012

Palm Beach - Sydney


Alweer bijna een week verblijven we in de mooie vakantiewoning van Jef en Gerda. Zij hebben afgelopen zomer als warm showergasten bij ons gelogeerd en wij nu bij hen. Palm Beach is een suburb van Sydney en is prachtig gelegen aan een baai. Vanaf de veranda hebben we uitzicht op de bootjes die in de baai voor anker liggen. Voor de 60e verjaardag van Gerda op 5 december trokken we met de auto naar de Blue Mountains, waar we in een cabin in het Nationaal Park hebben overnacht. We maakten daar twee dagen fantastische wandelingen. In het berggebied ligt de zogenaamde Grand Canyon van Australië. Eucalyptus, boomvarens, bloemen, vogels, de zon in de mist van de watervallen, de weerkaatsing van het water op de bergwanden, diepe kloven. En Gerda die alle vogels en bloemen kent. Als ik een dichteres zou zijn zou ik de schoonheid van het gebied kunnen verwoorden. Misschien dat de foto's iets meer zeggen dan mijn opsomming.

Jef en Gerda zijn inmiddels terug naar hun huis in Canberra en wij hebben vanuit Palm Beach twee dagen Sydney gedaan. Anderhalf uur bussen, maar dan zijn we vlakbij het havengebied met de Harbour Bridge en het Operagebouw en de nodige musea op loopafstand. Sydney is een leuke stad om te zijn. Veel toerisme en op werkdagen veel kantoormensen die op de levendige terrassen hun ontbijt of lunch nuttigen. Wij hebben rondgewandeld langs de haven, door het oude centrum en in de Botanische tuin en we hebben de nodige musea bezocht. De tweede dag hadden we the Art Gallery of New South Wales op de agenda en een historische wandeling. Van dat laatste is niets gekomen, want we hebben echt een halve dag in de Gallery doorgebracht. Wat een mooie Australische kunst. Volgens de Insight Guide de mooiste verzameling van het land. Nou, wij hebben over de hele wereld al vele musea gezien, maar dit sloeg voor ons alles. Naast Australisch-koloniale kunst is er ook wat aboriginal kunst en Europese kunst te zien. Hoofdzakelijk modern. Het museum voor Contemporary Art haalt het voor mij niet bij deze collectie. Dat ligt aan mijn smaak natuurlijk. Ik vind hedendaagse kunst altijd iets gezochts hebben. Moderne kunst spreekt voor mij meestal voor zich. De tentoonstelling van Francis Bacon, die als erg uniek voor Australië wordt gepresenteerd, haalt het niet bij hun eigen collectie. De historische wandeling hoefde voor ons niet meer. Volkomen verzadigd van al dit moois zijn we wat gaan eten en toen met de bus terug naar ons luxe huis met uitzicht. Jammer genoeg zit het weer niet erg mee, zodat we weinig van onze veranda gebruik maken. We waren echt aan een onderbreking van onze fietsreis toe, maar ik kijk er ook weer naar uit om samen op pad te gaan.  

zaterdag 1 december 2012

Newcastle


De afgelopen week hebben we allerlei weertypen gehad. Veel wind, regen en ook hitte, 38˚C. Zoals ik al eerder meldde waren we het geklim over de steile Australische heuvels gewoon beu. We besloten niet de oorspronkelijk geplande route landinwaarts te nemen, maar meer langs de kust te blijven en 'the Lakes Way' te nemen. Deze zou wat vlakker zijn. Dat valt overigens wel mee. Maar het is wel leuk afwisselend. We fietsen een stuk heel goede dirt road. We gaan over een pontje de rivier over. Daarna varen we een uur met een houten bootje uit 1940 naar Nelson Bay. Een heel toeristische badplaats, maar de baaien en stranden zijn dan ook adembenemend mooi.
De weg naar Stockton, waar we twee nachten zullen blijven, omdat we Newcastle willen bezoeken, is erg druk. De laatste kilometers over een fietspad langs de haven. Zeeschepen, waarvan we de scheepshoorns van heel nabij horen. Ze worden door sleepboten de haven in geduwd en getrokken. Een bedrijvig tafereel. De branding is woest en het strand toont veel volkser, het tegengestelde van de lieflijke Nelson Bay. In Nelson Bay ziet het er allemaal wat chic uit. Mensen zijn goed gekleed. Er zijn mooie terrassen. Stockton is poverder Geen restaurants, maar fast food cafetaria's. Veel tatoes, korte broeken en dikke buiken. Het doet me denken aan Coronation Street.
Newcastle, waarheen we vanaf de camping met een pontje op en neer varen, is een havenstad voor vooral de export van steenkool. Gelukkig koestert de stad zijn 19e en vroeg 20 eeuwse architectuur. De vroegere scheepswerven zijn omgevormd tot mooie boulevards met leuke cafeetjes en mondaine restaurants. Een beetje zoal in Rotterdam hotel New York en omgeving.
Newcastle heeft ook een mooi Art Gallery. Voor het eerst heb ik vol bewondering naar aboriginal kunst gekeken. Meestal komt wat als aboriginal kunst gepresenteerd wordt over als amateuristisch gepruts, maar we zien enkele mooie schilderijen en echt prachtig beschilderde houten 'pilaren'. Leuk, zo'n dagje architectuur, kunst en zeegezichten.