Onze eerste kennismaking met Sancti
Spiritus is, onze boekjes kondigden het ons al aan, verrassend. Geen
hordes toeristen die de authentieke straatjes overlopen. Er zijn
opvallend veel winkels zonder lange rijen, wel een portier aan de
deur, leuke koffietentjes en vooral Cubanen op bankjes op het plein
en in de winkelstraat, soms met hun smartphones, soms nippend aan een
mojito, of zomaar zittend.
Het is iedere keer weer een verrassing:
hoe zal het onderweg zijn, wat treffen we aan in 'ons stadje', is er
een museum, een kerkje dat de moeite waard is, hoe is onze casa, wat
is het diner, eten we in de casa of bezoeken we een restaurant, hoe
is het ontbijt? Dat is eigenlijk wat ons bezighoudt tijdens onze
fietsreizen.
In Trinidad hebben we alleen wat
gewandeld en gezeten. De musea die we wilden bezoeken waren dicht op
zondag. 's Avonds aten we in een mooi restaurant, gegrilde garnalen
en vis, begeleid door twee zangers/muzikanten die ons meenamen in hun
melancholische liederen, niet electronisch versterkt en daardoor heel
rustig en meeslepend. Een verademing na het zwaar versterkte
Caribische gedreun dat we op straat wel horen.
De route van Trinidad naar Sancti
Spiritus is mooi. Behoorlijk klimmen, maar het was vooral de
stormachtige wind op kop die het zwaar maakte.
We belanden in een 130 jaar oude
Palacio-achtige casa. We komen binnen in twee hoge kamers. Kunst aan
de muur, 'Griekse' zuilen, koloniaal meubilair, waar ik zo de
corpulente heren met dikke sigaren in zie schommelen. De patio is
eveneens omgeven met 'Griekse' zuilen. Nep, maar het is er aangenaam
toeven.
De baas kookte een 'lentekipje' voor
ons, kip met een saus van fruit, waarmee ieder ontbijt hier ook
altijd ruim is bedeeld. Ananas, papaya, mango, meloen, guave.
Vanavond maakt hij iets met varkensvlees. Hij gaat ons verrassen
heeft hij beloofd. Maar eerst Sancti Spiritus.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten