Met
enige weemoed nemen we afscheid van ons B&B in Yerevan. Greta,
onze gastvrouw, heeft heel wat bel-uren aan ons gespendeerd om voor
de komende twee nachten accommodatie voor ons te zoeken. Greta's huis
ligt in een wijkje tegen het centrum op een steile helling en is alleen van boven of beneden via een stelsel van trappen en gangetjes te bereiken. We hebben een strategie bedacht om onze
fietsen en fietstassen de trappen af te dragen zonder ze onbeheerd
achter te laten. Maar ik mocht nog geen tas dragen. Twee andere,
Franse, gasten, moeder en dochter en een inwonende studente dragen
onze fietstassen de vele trappen af. Het wordt een welgemeend
hartelijk afscheid. Het is een heerlijk gevoel je dit te laten
welgevallen zonder het idee te hebben persé iets terug te moeten
doen. Deze mensen willen dit doen en willen dit voor óns doen.
We
verlaten de vlakte van Yerevan. De berg Ararat blijft achter ons. De
berg is het verdriet van Armenië. De Ark van Noach overleefde hier
de zondvloed. Het is hét symbool van Armenië, maar ligt nu op Turks
grondgebied.
Een
ander berggebied, roze en geel oplichtend door de zon, glimlacht ons
toe.
Ons
nieuwe onderkomen in Urtsadzor is een eenvoudig huisje aan een
ongeplaveide weg.
De gastvrouw is weduwe. Ze verloor haar man en zoon
door een ongeluk. Ze woont alleen met haar dochter van 22. Haar twee
andere dochters zijn getrouwd. Ze leert zichzelf Engels en doet dat
niet slecht. Het wordt af en toe wat vermoeiend dat ze steeds met
haar schriftje bij ons komt zitten en in het Engels met ons wil
praten, bevestiging zoekt, verbetering wil.
Intussen verschijnen er
op tafel een grote schaal met fruit, gebak, snoepjes, zelfgemaakte
limonade. We zeggen herhaaldelijk dat het allemaal te veel is in de
hoop dat ze ervan leert voor volgende gasten.
Een vriendin van Lian,
de dochter, komt op bezoek. Ze studeert part-time economie in Yerevan
en beoefent daarnaast haar tweede beroep, zoals ze zegt, kapster.
Liana werkt 7 dagen per week in een apotheek en is 2 dagen per maand vrij.
Onze gastvrouw melkt 's morgens haar koe, werkt op het veld en 's
middags doet ze wat in huis en ze heeft sinds kort haar B&B. Lian
komt om 19,00 uur thuis. Ze stoken de kamer in de winter warm met een
houtkachel, die ze 's zomers opruimen. Het was er nu dus koud. Op het
gas zijn ze niet aangesloten. Dat is te duur. In de keuken is geen
stromend water. Onze gastvrouw vindt het leven zwaar. In de communistische tijd was het leven onvrij, maar ze zou er terug naar
toe willen, omdat er meer werk was en alles betaalbaarder was. Ze is
een verdrietige vrouw, die veel kwijt is geraakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten