Het was eerst nog een roerig afscheid van onze lieve
kleindochtertjes! Om 05.00 uur staan we op. Er is gladheid voorspeld
en dat betekent op weg naar Woerden filevorming. We willen niet
zenuwachtig worden, dus dan maar liever op tijd. Er doen zich geen
problemen voor en om 07.15 uur arriveren we in Woerden. Gieske en
haar mama zitten al aan het ontbijt. Gieske vertelt trots, dat ze
zelf haar boterham heeft kleingesneden. Mama vertrekt naar haar werk.
Een spannende dag voor haar met de Inspectie op bezoek. Maar nu
krijst het kind, omdat de mouwen van haar shirtje te strak zitten.
Oma doet haar sokken verkeerd aan en haar laarsjes wil ze zelf aan
doen. 'Dat weet je toch, dat ik dat alleen kan'. Als papa haar naar
school brengt is Djoeke aanvankelijk niet tot bedaren te brengen,
omdat hij weg gaat. Ze wil haar boterhammetje niet eten, wil geen
drinken en bij oma op de arm is het ook niet goed. Huilend ligt ze op
de grond. Tot oma haar weet te verleiden te knuffelen met haar
pluchen olifant. Ze durft weer te geloven dat het met oma en opa ook
wel fijn is. Ze eet haar boterham en drinkt haar melk en kan weer
lachen. Dat is wel stressen, zo vroeg in de ochtend, zo'n gezinnetje
met jonge kinderen. Om 09.00 uur komt ons taxibusje en zwaaien onze
zoon en zijn kindje ons vrolijk uit.
Na
een vliegreis van 18 uur + de reis naar Woerden, waar we onze auto
hebben gestald en de taxirit naar Schiphol, arriveren we
donderdagmiddag om 15.00 uur op het vliegveld in Fukuoka. Een lange
rit, maar we hebben wat geslapen en gelezen. Het viel me mee. Japan
loopt in de tijd 8 uur voor op ons. We verwachten een jetlag. De
contactpersoon van Asian Way of Life, onze reisorganisatie, staat
voor ons klaar met een taxi. Hij geeft ons een kaart van Fukuoka en
wat informatie. 'Jullie gaan een feestelijke tijd tegemoet. Het wordt
warmer en Japanners zijn erg trots op hun kersenbloesems. Ze zijn
normaal stil, maar in deze tijd drinken ze en eten ze en zijn ze
uitbundig. Ze vieren het voorjaar.'
We
wandelen het stadje in. Het is koud. Tegenover ons hotel is een
'kasteel' in een park. Er loopt een laantje naar toe met aan
weerszijden kersenbomen die al helemaal in knop staan. Dat belooft
wat deze reis. We belanden in een eettentje, waar allerlei hapjes van
de barbecue komen. Het wordt gerund door enthousiaste jonge mensen.
Ze komen met google-vertalen aan ons vragen of we alles begrijpen.
Een aardige Japanner helpt ons in gebrekkig Engels op weg en
trakteert ons bij het weggaan nog op een bier.
We rollen om 21.00 uur ons bed in om vanochtend om 08.00 uur weer
wakker te worden. Ons eerste Japanse ontbijt. Een volle tafel met
allemaal voor ons onbekende hapjes. Ingelegde groenten, paddestoelen
met zeewier, omelet, worstjes, tofu, stukjes ingelegd varkensvlees,
makreel. En, niet onbelangrijk, goede koffie. We kunnen niet alles
plaatsen, maar het smaakt lekker. Frans maakt de fietsen rijklaar en
dan hebben een dagje Fukuoka.
In
het vliegtuig lees ik reisverhalen van Japan. Cees Nooteboom, voor de
vierde keer in Japan, vindt dat je de eerste keer alleen maar kunt
aanraken. Adriaan van Dis zegt over de kersenbloesems: jarenlang
knippen en manipuleren van de bomen heeft ze tot kunstwerken gemaakt.
De smaak van de kers is eraan opgeofferd. Men viert in Japan de vorm
en niet de vruchten.
Van
Dis ergert zich aan het stokjesgeslurp van de Japanners. Ze lijden
niet graag gezichtsverlies en creëeren een vormelijke buitenwereld
met veinzen en façades. Een samenleving zoals men die graag ziet.
Een wereld waarin je iets anders zegt en schrijft dan je denkt.
Wij
kennen de Japanners als mensen die de wereld bekijken door hun
fotolens en gek zijn op selfies.
We
zullen het ondervinden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten